Dag vreemde jij
Wat lijk jij volmaakt
Vreemde jij
Die mij blozend raakt
Hey vreemde jij
Die mij even opmerkt
Vreemde jij
Die van alles versterkt
Dankjewel jij
Die mij laat genieten
Vreemde jij
Waarmee ik niets hoef
Maar enkel die blik
Een lach
Die knipoog
Een ‘Jij mag er wezen!’
En dat mag worden gevoeld